Transit: Partytime (as usual)
Terwijl Festival 20·21 dit jaar de dertigste verjaardag viert, pronkt Transit met zijn 25e editie. Zoals het een jonge twintiger betaamt, vieren we dat niet met groots vertoon (of toch ook een beetje, want we hebben een heus orkest te gast), maar gaan we in onze jeugdige levenslust ervan uit dat ieder (Transit)weekend opnieuw een feest is.
Daarom geen genoegzaam achterom kijken naar de verwezenlijkingen van de voorbije 25 jaar, maar resoluut vooruitkijken naar wat er nu bruist in de nieuwe muziek en hoe we in dat diverse muzikale landschap een spannende combinatie van recente artistieke stemmen kunnen laten klinken. Daarom lijkt het gepast in deze jubileumeditie de kernpunten waar Transit voor staat gewoon verder te bevestigen.
Ten eerste een brede blik op de veelheid aan esthetische stromingen en stilistische variëteit. De geografische reikwijdte gaat van Noorwegen tot Zuidoost-Azië, de generaties gaan van gerespecteerde boegbeelden (met zelfs postume hommages aan Kaija Saariaho en Wim Henderickx) tot piepjong talent. Er zijn raakvlakken met geïmproviseerde muziek (Okkyung Lee), elektronica (de ‘cyborg’ piano-met-sensoren van Zubin Kanga), videokunst (Joanna Bailie) en performance (Øyvind Torvund) maar evenzeer een postmoderne twist van de oerklassieke pianosonate (Frank Nuyts).
Ten tweede is het steeds een ambitie geweest om state of the art internationale ontwikkelingen een podium te geven naast of in dialoog met Vlaamse componisten en uitvoerders. De spotlights op Henderickx en Nuyts springen er wat dat betreft uit, maar nieuw werk en creaties van Annelies Van Parys, Shalan Alhamwy, Benjamin Windelinckx en Ellen Jacobs getuigen al evenzeer van een bloeiende Vlaamse scène waar Transit maar al te graag aan wil bijdragen.
Transit kijkt resoluut vooruit naar wat er nu bruist in de nieuwe muziek en laat in dat diverse muzikale landschap een spannende combinatie van recente artistieke stemmen klinken.